Het culturele drama

De schouwburgen, musea en concertzalen zijn al geruime tijd hermetisch afgesloten. We kunnen ons hooguit met digitaal materiaal tevreden stellen en wachten op betere tijden.
Dat bracht mij een tijd geleden op het idee een eerbetoon uit te spreken voor een van de belangrijkste toneel- en filmactrices van onze tijd, mijn bijna naamgenote Isabelle Huppert. Al vrijwel vijftig jaar is zij een van de grote Europese actrices. Geboren op 16 maart 1953 in Parijs, opgegroeid in een goed bourgeoismilieu en opgeleid aan onder andere het Conservatoire Versailles, trad zij in 1972 voor het eerst naar buiten in het culturele drama Faustine et le bel été.

Haar eigenlijke doorbraak vond plaats in 1977 in La dentellière in de regie van Claude Goretta. Vanaf dat moment werd zij een onmisbare actrice in de filmwereld, door grote Franse regisseurs zoals Claude Chabrol, Jean Luc Godard en Patrice Chereau, maar ook door tal van Europese regisseurs zoals de Oostenrijker Michael Haneke (Le temps du loup (2003), La Pianiste (2001)), door de Italiaanse broers Taviani, door de Duitser Werner Schroeter (Malina (1991)) en onze Paul Verhoeven (Elle (2016)) .

In deze kleine hommage wil ik met name wijzen op de grote hoeveelheid films en ensceneringen op basis van toneelteksten of romans. Vanaf Medea van Euripides
via Madame Bovary tot Orlando van Virginia Woolf (regie Robert Wilson), Malina van Ingeborg Bachmann of De Pianiste van Elfriede Jelinek. Het is een indrukwekkende reeks  grandioze rollen op het toneel of in de film.

Ondanks de recente documentaire op NPO2/Close Up Message Personnel van 9 mei 2020 of de oudere uit oktober 2008, De blik van Isabelle Huppert, kon ik het niet laten het plan ten uitvoer te brengen voor mijn lofzang op deze frêle, kwetsbare actrice. Aan haar gezicht is alles af te lezen, door de blikwisseling, het aarzelende zoeken, door het bewuste, afstandelijke acteren op toneel of voor de camera. Zij is klein, fragiel, zoekt altijd iets nieuws, het onbekende, waardoor een expositie van de talrijke fotoportretten onder de titel  Woman of many faces (73 portretfoto's). Die manier van kijken, die blik, dat met minimale middelen heel veel suggereren zijn mijns inziens precies de reden, waarom de toeschouwer/kijker heel veel kan ontdekken. Door woord en beweging, door het zoeken en aftasten blijven haar rollen iets raadselachtigs houden. Huppert blijft een soort sfinx , die tegelijkertijd een grote intensiteit tot stand brengt.

Het is al weer lang geleden, dat in Forum Images in Groningen in een retrospectief veel werk uit haar omvangrijke werk te zien was (april 2007). Het mooie vind ik, dat iedereen op een andere manier naar hetzelfde kijkt en tegelijk iets anders ziet, omdat haar acteren eerder vragen oproept dan antwoorden formuleert. Als er een actrice is, die werkt vanuit dat wat Denis Diderot in zijn Paradox van de acteur ooit formuleerde, dan is dat voor mij Isabelle Huppert: koel, rationeel, bewust, niet via inleving, maar door te suggereren. Dan maakt het niets uit of het Hedda Gabler van Ibsen (2005) is, een tekst van Joseph Conrad (2006) of van Marguerite Duras, het verklaart waarom zij zoveel prijzen in Frankrijk (de César, de Molière) of in de rest van Europa in de wacht wist te slepen in dit grote oeuvre van vijftig jaar acteren.

Tot 1 juni moeten we nog tevreden zijn met de toneelversie-online van Giovanni  Boccaccio, De Decamerone uit 1350, de pest in Florence, de quarantaine op het platteland en het verhalen vertellen, tot er weer betere tijden aanbreken. Of op internet naar de oude films van Isabelle Huppert kijken.

Karel Hupperetz



--

Reacties

Populaire posts van deze blog

Een zomer in Haren - Jolien Berendsen-Prins

De zomer in het donker - Hans Boerema

Mijn beeld van Groningen